.

 

Huishoudelijk reglement

ARTIKEL 1 - HET BESTUUR

Het bestuur bestaat uit tenminste drie personen; te weten Voorzitter, Secretaris, Penningmeester en twee overige bestuursleden.

De bestuursleden hebben zitting voor drie jaar. Ieder jaar treedt een aantal bestuursleden volgens rooster af, maar zij kunnen zich weer onmiddellijk herkiesbaar stellen. Bij verkiezing stemmen kandidaten niet mee.

Kandidaat bestuursleden dienen minstens twee jaar lid te zijn.

Kandidaten kunnen bij het bestuur aangemeld worden tot uiterlijk 24 uur voor aanvang van de algemene vergadering.

De voorzitter dient woonachtig te zijn in de Gemeente Peel en Maas. Het bestuur dient in de meerderheid uit gemeente Peel en Maas leden te bestaan. Het secretariaat dient in de Gemeente Peel en Maas te zijn.

ARTIKEL 2 - CONTRIBUTIE

De contributie voor het volgende kalenderjaar wordt vastgesteld in het huidige jaar. De contributie dient voor 1 april te worden voldaan.

Jeugdleden betalen de helft van de contributie van gewone leden. Jeugdleden die overgaan van jeugdlid naar gewoon lid, door het bereiken van de 18 jarige leeftijd, betalen vanaf het eerstvolgende kalenderjaar de volledige contributie.

Indien een lid meer dan twee maanden achterstand heeft met zijn contributie en na twee aanmaningen nog niet betaald heeft, kan hij direct geschorst worden door het dagelijks bestuur en verliest daardoor het lidmaatschap.

ARTIKEL 3 - AANTAL LEDEN

De vereniging kent in principe geen maximum aantal leden. Het bestuur zal echter het leden bestand met zorg bewaken en mogelijk een maximum instellen.

Aanmelding:

Personen die lid willen worden geven hiervan de secretaris schriftelijk kennis middels een inschrijfformulier. Het bestuur beslist over toetreding. Alvorens te beslissen zal het bestuur overleg plegen in de eerstvolgende bestuursvergadering.

Het toekomstige lid zal de eerste drie maanden een aspirant-lidmaatschap doormaken ter wederzijdse kennismaking. De contributie zal bij een positieve afronding van het aspirant-lidmaatschap met terugwerkende kracht voldaan dienen te worden.

ARTIKEL 4 - ZENDER TYPE GOEDKEURING

Alle leden die een zender in hun bezit hebben, dienen er voor te zorgen dat deze zender type goedgekeurd is. Aan deze zender mogen geen veranderingen worden aangebracht die ertoe kunnen leiden dat aan de door de overheid gestelde eisen voor betreffend zender type niet meer wordt voldaan.

ARTIKEL 5 - VERZEKERINGEN

Ieder individueel lid is hoofdelijk aansprakelijk met betrekking tot kosten, schade en interesten voortvloeiende uit ongevallen, die veroorzaakt zijn door een in hem of haar bezit zijnde modelvliegtuig.

Alle leden dienen daarom adequaat verzekerd te zijn voor bovengenoemde schade claims, en zeker te stellen dat het modelvliegen apart in de polisvoorwaarden vermeld staat.

Boven vermelde geldt ook voor vliegende introducés en gastvliegers.

ARTIKEL 6 - VLIEGREGELS

6.1.1

Elke radiovlieger is verplicht van het frequentiebord gebruik te maken. Indien meerdere piloten actief vliegen dient boven vernoemd bord op het veld geplaatst te zijn.

6.1.2

In verband met optimaal contact en optimale communicatie onderling dienen alle piloten tijdens het vliegen bij elkaar te gaan staan (op de daarvoor bestemde plaats)

6.2.1

Het is verboden om bewust boven het publiek, toeschouwers en personenauto`s te vliegen.

6.2.2

Het is verboden om bewust laag over aangrenzende wegen te vliegen tenzij zulks onvermijdelijk is bijvoorbeeld bij het starten en landen.

6.2.3

Het is verboden te vliegen bij werkzaamheden op de aangrenzende percelen.

6.3

Het door een vliegtoestel geproduceerde geluid mag het door de wet vastgestelde maximum niet overschrijden. In principe geldt dat de geluidsoverlast tot een minimum beperkt dient te worden.

6.4

Iedere start en landing dient kenbaar gemaakt te worden. Hierbij heeft het landend verkeer voorrang op het startend verkeer.

Taxien naar de start positie dient zodanig te geschieden dat anderen niet worden gehinderd. De piloot dient daarbij zich zo snel mogelijk naar de pilotenstrip te begeven.

Starts en landingen, wanneer meerdere piloten gelijktijdig vliegen, dienen in de voor dat tijdstip geldende richting te geschieden.

De start- en landingsbaan dient zo snel mogelijk weer vrij gemaakt te worden.


6.5

Laagvliegen boven de baan dient alleen te geschieden in de geldende startrichting voor dat tijdstip, indien er meer toestellen in de lucht zijn. Voor de rest van het terrein geldt geen richtingsvoorschrift met dien verstande dat de normale veiligheidsregels in acht genomen dienen te worden.

6.6

Piloten mogen tijdens het vliegen niet gehinderd noch lastig gevallen worden.

6.7

Het afstellen van motoren voor het vliegen dient zodanig te geschieden dat hierdoor geen omstanders of collega's gehinderd worden (b.v. door geluid of uitlaatgassen).

6.8

Aan de vliegtijden worden de volgende beperkingen gesteld:

Op zon- en feestdagen niet vóór 10.00uur vliegen.

Niet vliegen in het weekend van Allerheiligen.

Niet vliegen tijdens plechtigheden op de nabij gelegen

begraafplaats

6.9

Met uitzondering van piloot en eventuele helper, die op dat moment gaat opbouwen cq. vliegen of opruimen, dient eenieder zich, naar eigen verantwoordelijkheid, achter het hekwerk te bevinden.

6.10.1

"Leerling piloten" dienen voor het vliegen een ervaren vlieger ter ondersteuning te vragen. Dit geld ook bij het invliegen van nieuwe toestellen en toestellen waar men nog niet voldoende mee vertrouwd is.

6.10.2

Bij het invliegen van nieuwe toestellen en toestellen waar men nog niet voldoende mee vertrouwd is dient men omstanders te waarschuwen.


6.11

Alleen vliegen wordt afgeraden, dat wil zeggen dat het beter is dat altijd een tweede persoon op het terrein aanwezig is.

Dit is omwille van je eigen veiligheid en een betere hulp bij calamiteiten buiten het terrein.

6.12 Federatie vliegbrevet

Het doel van het vliegbrevet is de continuïteit van de modelvliegsport te garanderen door de veiligheid met betrekking tot het vliegen te maximaliseren.

Het bestuur bepaald of men met betrekking tot vliegveiligheid en vliegwaardigheid hiervoor in aanmerking komt. Besluit na één jaar. Tussentijds kan ook echter dan moet het federatie examen gevlogen worden.

6.13

Leden zonder een vliegbrevet mogen alleen in het bijzijn van een brevet houder vliegen.

ARTIKEL 7 - ALGEMEEN

7.1 Werkzaamheden

Werkzaamheden op het veld hebben altijd voorrang op het vliegen.

7.2 Orde en netheid

Van iedereen wordt verwacht de algemene regels van orde en netheid na te leven en na het vliegen terrein en schuilgelegenheid ordelijk achter te laten.

7.3 Snelheid voertuigen en parkeren.

Op de toegangswegen naar het terrein dient een matige snelheid aangehouden te worden.

7.4 Inlopen van motoren

Het inlopen van motoren dient met geluidsdemper op de daarvoor bestemde plaats te geschieden en wel achter de schuilgelegenheid.

7.5 Buitenveldse landingen

Bij landingen (en crashes) buiten het veld dient de mogelijke schade aan het agrarisch terrein tot een minimum beperkt te blijven en indien nodig direct hersteld te worden.

Indien de situatie het noodzaakt wordt van clubleden assistentie verwacht bij het zoeken naar vermiste modellen.

Eventuele calamiteiten dienen aan het bestuur gemeld te worden.

7.6 Sleutels

Ieder lid ontvangt tegen een borg een sleutel van de poort (over deze borg wordt geen rente betaald). Hij die als laatste het terrein verlaat dient het clublokaal en de poort te sluiten. Bij beëindiging van het lidmaatschap dient deze sleutel geretourneerd te worden.

7.7 Bezoekers en toeschouwers

Bezoekers en toeschouwers mogen het vliegterrein niet betreden tenzij onder geleide van een Atlantis-lid, anders moeten ze achter de afrastering blijven voor de veiligheid.

7.8 Regeling modelvliegtuigen

Bij het gebruik van modelvliegtuigen dient men aan de daarvoor geldende wettelijke bepalingen te voldoen; met name de Milieuvergunning en de Regeling Modelvliegen van het ministerie van Verkeer en Waterstaat.


7.9 Alcohol en/of andere drogerende middelen

Het is niet toegestaan om onder invloed van alcohol en/of andere drogerende middelen te vliegen.

7.10 Complement

In alle gevallen waarin het huishoudelijk reglement niet voorziet wordt door het bestuur beslist.


Aanpassingen:

11-03-2001 Toevoegen 6.13

01-03-2009 Toevoeging artikel 2 contributie

03-03-2013 Meerdere kleine wijzigingen